Ils ont avancé que les conclusions de la Commission, selon lesquelles des éléments de fixation utilisés pour des applications de haut de gamme, mais qui ne sont pas fabriqués selon les dessins d’un utilisateur, devaient néanmoins être considérés comme des éléments de fixation spéciaux, étaient dépourvues de fondement et que, dès lors, la Commission agissait d’une manière incompatible avec l’article 2, paragraphe 10, du règlement de base, en violant le principe d’une comparaison équitable.
Zij argumenteerden dat de bevindingen van de Commissie dat bevestigingsmiddelen die gebruikt worden voor hightechtoepassingen, maar niet vervaardigd worden aan de hand van tekeningen van de gebruiker, toch als speciale bevestigingsmiddelen zijn beschouwd, ongefundeerd zijn, en dat de Commissie hiermee in strijd handelde met artikel 2, lid 10, van de basisverordening, aangezien dit een inbreuk vormde op het beginsel van een billijke vergelijking.