Considérant q
ue, dans le cas des élevages de veaux, porcins, de volailles et de lapins visés aux rubriques actuelles 01.20.02., 01.23., 01.24. et 01.25., constituant des élevages à caractère dit intensif (nombre élevé d'animaux confinés dans un bâtiment d'hébergement durant tout le cycle de production
, élevage de type " hors-sol" ), il est proposé de conserver une classe 2 intermédiaire lorsque l'établissement se situe au-delà de la distance X; qu'il convient en effet d'éviter la multiplication, sur un même site, de projets de classe
...[+++] 3 pour lesquels le nombre d'animaux affleure les seuils supérieurs (par exemple, un projet d'élevage de porcins en circuit fermé non visé par la rubrique 01.23.3.1.et comprenant un élevage de 300 truies, de 1.900 porcs à l'engrais et de 2.900 porcelets en post-sevrage ) " ; Overwegende d
at er in het geval van fokkerijen van kalveren, varkensachtigen, pluimvee en konijnen bedoeld in de huidige rubrieken 01.20.02., 01.23., 01.24. en 01.25., die de zgn. intensieve veeteelt uitmaken (hoog aantal dieren die in een huisvestingsgebouw opgesloten zijn voor de hele duur van de productiecyclus, nl. niet-grondgebonden veeteelt) voorgesteld wordt om een tussenklasse 2 te behouden indien de inrichting verder dan de afstand X gelegen is; dat het ontstaan van veelvuldige projecten van klasse 3 op eenzelfde site waarvoor het aantal dieren dichtbij de bovengrenzen ligt (bijvoorbeeld, een project voor een varkenshouderij in
...[+++] een gesloten circuit niet opgenomen in rubriek 01.23.3.1. en met inbegrip van een fokkerij van 300 zeugen, 1 900 vleesvarkens en 2 900 gespeende biggen) immers voorkomen dient te worden;