L'époux qui obtient le divorce peut bénéficier, sur les biens et les revenus de l'autre époux, d'une pension pouvant lui permettre, compte tenu de ses revenus et possibilités, d'assurer son existence dans des conditions équivalentes à celles dont il bénéficiait durant la vie commune (article 301, § 1, du Code civil, remplacé par l'article 1, de la loi du 9 juillet 1975 relative à la pension après divorce).
De echtgenoot die de echtscheiding verkrijgt, kan, uit de goederen en de inkomsten van de andere echtgenoot, een uitkering genieten die hem in staat stelt, rekening houdend met zijn inkomsten en mogelijkheden, in zijn bestaan te voorzien op een gelijkwaardige wijze als tijdens het samenleven (artikel 301, § 1, van het Burgerlijk Wetboek, vervangen bij artikel 1 van de wet van 9 juli 1975 betreffende de uitkering na echtscheiding).