Il importe d'être explicite et pour cette raison le terme "personne à mobilité réduite" est remplacé par celui de "personnes handicapées et passagers à mobilité réduite". Ce dernier terme inclut implicitement les aveugles, les malvoyants, les sourds, les malentendants et les personnes ayant un handicap intellectuel, toutes gens qui n'éprouvent pas nécessairement de "mobilité réduite" lorsqu'elles voyagent mais plutôt une réduction de communication, d'orientation ou d'autonomie.
Het is van belang duidelijk te zijn en daarom wordt de term "personen met beperkte mobiliteit" vervangen door "gehandicapten en passagiers met beperkte mobiliteit". Laatstgenoemde term impliceert expliciet personen die blind, slechtziend, doof of hardhorend zijn en personen met een verstandelijke handicap die niet noodzakelijkerwijs een beperkte "mobiliteit" ondervinden bij het reizen, maar te maken hebben met beperkte communicatie, oriëntatie of onafhankelijkheid.