Vertaling van "18 eg een zekere ruimte bieden " (Nederlands → Duits) :

7. wijst de Commissie erop dat hoewel de Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG een zekere ruimte bieden voor het opnemen van sociale, milieu- en duurzaamheidsnormen zolang deze rechtstreeks verband houden met de overeenkomst, een modernisering van de huidige wetgeving ernaar zou moeten streven deze ruimte uit te breiden en beperkingen op te heffen, ten einde eventuele synergie bij overheidsopdrachten beter te benutten om doelstellingen op andere relevante beleidsterreinen te bereiken;
7. weist die Kommission darauf hin, dass die Richtlinien 2001/17/EG und 2004/18/EG zwar einen gewissen Spielraum für die Berücksichtigung von Sozial-, Umwelt und Nachhaltigkeitsstandards bieten, sofern sie unmittelbar mit dem Auftrag zusammenhängen, die Modernisierung der geltenden Rechtsvorschriften aber darauf abzielen sollte, diesen Spielraum zu erweitern und bestehende Beschränkungen zu reduzieren, um potenzielle Synergien des öffentlichen Auftragswesens für die Verwirklichung von Zielen in anderen maßgeblichen Politikbereichen besser nutzbar machen zu können;

Dat zou zeker ruimte moeten bieden om de inzet, het beheer en de opleiding van douane- en politiepersoneel te versterken.
Damit muss auf jeden Fall ermöglicht werden, nicht nur die Grenzsicherung und Grenzkontrolle zu stärken, sondern auch die Grenz- und Polizeibeamten zu schulen.

38. bevestigt dat het doel voor het partnerschap met het zuidelijke nabuurschap erin bestaat de twee oevers van de Middellandse Zee dichter bij elkaar te brengen om een ruimte te creëren van vrede, democratie, veiligheid en welvaart voor de 800 miljoen inwoners en om de Europese Unie en haar partners een doeltreffend bilateraal en multilateraal kader te bieden om de democratische, sociale en economische uitdagingen aan te gaan, regionale integratie te bevorderen, in het bijzonder handelsintegratie, en een ontwikkeling te waarborgen waar iedereen wel bij vaart en om de partners bij te staan bij het opbouwen van democratische, pluralistische en seculiere staten, namelijk via programma's voor het opbouwen van institutionele capaciteit, evenals wederzijds nuttige, evenwichtige en ambitieuze overeenkomsten inzake handel in goederen en diensten, voorafgegaan door relevante effectbeoordelingen te ontwikkelen, die kunnen leiden tot diepe en brede vrijhandelsruimten, hetgeen zeker een eerste stap zal betekenen voor de vorming van een grote Euromediterrane economische ruimte en tevens kan bijdragen aan het afzwakken van de economische problemen van onze zuidelijke buurlanden en de zuid-zuidintegratie zal vergemakkelijken; verzoekt de Commissie en de Raad om de uitvoering te stimuleren van de zes maatregelenpakketten die vervat zijn in het document van de Commissie van 30 maart 2011 over de opvolging van initiatieven op het gebied van handel en investeringen ten behoeve van de partners ten zuiden van de Middellandse Zee;
38. bekräftigt, dass mit der südlichen Partnerschaft eine Annäherung zwischen beiden Seiten des Mittelmeeres angestrebt wird, um einen Raum des Friedens, der Demokratie, der Sicherheit und des Wohlstands für die dort lebenden 800 Millionen Einwohner zu schaffen und die EU und ihre Partner mit einem wirksamen bilateralen und multilateralen Rahmen auszustatten, damit sie sich ihren demokratischen, sozialen und wirtschaftlichen Herausforderungen stellen, die regionale Integration und insbesondere die Handelsintegration unterstützen und eine gemeinsame Entwicklung gewährleisten können, die allen Beteiligten zugute kommt, die Partner durch Programme zur Stärkung der institutionellen Kapazitäten beim Aufbau von demokratischen, pluralistischen und säkularen Staaten zu unterstützen sowie für beide Seiten vorteilhafte, ausgewogene und ehrgeizige Vereinbarungen über den Handel mit Waren und Dienstleistungen, denen einschlägige Folgenabschätzungen vorausgehen, zu treffen, die zu weitreichenden und umfassenden Freihandelszonen führen können, die mit Sicherheit den ersten Schritt zu einem großen Wirtschaftsraum Europa-Mittelmeer darstellen, der auch zur Lösung der wirtschaftlichen Probleme unserer Partnerländer im Süden und zur Erleichterung der Süd-Süd-Integration beitragen könnte; fordert die Kommission und den Rat auf, die Umsetzung der im Kommissionsdokument zur Überwachung von Handels- und Investitionsinitiativen zugunsten der Partner im südlichen Mittelmeerraum vom 30. März 2011 aufgeführten sechs Maßnahmenpakete umzusetzen;

18. is van mening dat de onderhandelingen voldoende ruimte bieden voor verdere vooruitgang in deze belangrijke sector, en steunt de benadering van Doha die in de loop van de onderhandelingen daarna is bevestigd; is van oordeel dat een positief resultaat van de onderhandelingen in deze sector een belangrijke doelstelling is die de concessies in de landbouwsector zouden kunnen compenseren;
18. ist der Auffassung, dass die Verhandlungen einen genügenden Spielraum für weitere Fortschritte in diesem wichtigen Sektor bieten, und unterstützt den in Doha entwickelten und im Laufe der nachfolgenden Verhandlungen bekräftigten Ansatz; ist der Auffassung, dass das Erreichen eines guten Ergebnisses bei den Verhandlungen in diesem Sektor ein wichtiges Ziel ist, das die im Landwirtschaftssektor gemachten Zugeständnisse ausgleichen könnte;

1. « Schendt artikel 221, § 1, van de Algemene wet inzake douane en accijnzen d.d. 18 juli 1977, hierna AWDA, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en artikel 6.1 E.V. R.M. in de mate dat het aan de strafrechter geen enkele marge overlaat ter beoordeling van de erin bepaalde geldboete van tienmaal de ontdoken rechten, terwijl de strafbepalingen van gemeen recht, door te voorzien in een minimum en maximum of in de toepassing van verzachtende omstandigheden, aan de strafrechter de mogelijkheid bieden om in zekere mate de zwaarte van de straf zelf te bepalen op grond van de concrete omstandigheden van de zaak en van de algemene rechtsbeginselen, waaronder het evenredigheidsbeginsel ?
1. « Verstösst Artikel 221 § 1 des allgemeinen Gesetzes vom 18. Juli 1977 über Zölle und Akzisen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung und Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern er dem Strafrichter bei der Beurteilung der darin vorgesehenen Geldbusse in Höhe des Zehnfachen der hinterzogenen Abgaben keinen einzigen Spielraum überlässt, während die gemeinrechtlichen Strafbestimmungen dadurch, dass sie einen Mindest- und einen Höchstbetrag oder die Berücksichtigung mildernder Umstände vorsehen, dem Strafrichter die Möglichkeit bieten, die Schwere der Strafe einigermassen selbst zu bestimmen, und zwar aufgrund des konkreten Sachverhalts und der allgemeinen Rechtsgrundsätze, darunter der Verhältnismässigkeitsgrundsatz?

1. « Schendt artikel 221, § 1, van de Algemene wet inzake douane en accijnzen d.d. 18 juli 1977, hierna AWDA, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en artikel 6.1 E.V. R.M. in de mate dat het aan de strafrechter geen enkele marge overlaat ter beoordeling van de erin bepaalde geldboete van tienmaal de ontdoken rechten, terwijl de strafbepalingen van gemeen recht, door te voorzien in een minimum en maximum of in de toepassing van verzachtende omstandigheden, aan de strafrechter de mogelijkheid bieden om in zekere mate de zwaarte van de straf zelf te bepalen op grond van de concrete omstandigheden van de zaak en van de algemene rechtsbeginselen, waaronder het evenredigheidsbeginsel »;
1. « Verstösst Artikel 221 § 1 des allgemeinen Gesetzes vom 18. Juli 1977 über Zölle und Akzisen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung und Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern er dem Strafrichter bei der Beurteilung der darin vorgesehenen Geldbusse in Höhe des Zehnfachen der hinterzogenen Abgaben keinen einzigen Spielraum überlässt, während die gemeinrechtlichen Strafbestimmungen dadurch, dass sie einen Mindest- und einen Höchstbetrag oder die Berücksichtigung mildernder Umstände vorsehen, dem Strafrichter die Möglichkeit bieten, die Schwere der Strafe einigermassen selbst zu bestimmen, und zwar aufgrund des konkreten Sachverhalts und der allgemeinen Rechtsgrundsätze, darunter der Verhältnismässigkeitsgrundsatz? »;

32. wacht op de resultaten van de externe studie over de werkmethoden en de personeelsprofielen bij het Parlement (EP-ROME); hoopt dat deze studie de administratie van het Parlement een nuttig instrument kan aanreiken om de toewijzing van de middelen te optimaliseren en een modern opleidingsbeleid te definiëren alsmede managementmethodes gericht op prestaties en doelen; is van oordeel dat de conclusies van de voortdurende beoordeling van de werklast binnen de diverse sectoren van de administratie van het Parlement, een zekere ruimte voor herschikking moeten bieden, onder andere in de context van het overnemen van de beste praktijken; meent dat de mate van specialisatie, de werklast en het verzuim in aanmerking moeten worden genomen in de jaarlijkse beoordelingsrapporten en in het bevorderingsbeleid, dat verder moet worden verfijnd en verbeterd; gelast het Bureau de mogelijkheid te onderzoeken om voor deze criteria aanpassingscoëfficiënten in te stellen; is van mening dat het bevorderingsbeleid van het Europees Parlement verder moet worden verfijnd en verbeterd;
32. erwartet die Ergebnisse der externen Untersuchung über die Arbeitsmethoden und die Personalstruktur des Parlaments (EP-ROME); erwartet, dass diese Untersuchung der Verwaltung des Parlaments ein nützliches Instrument zur Optimierung der Mittelzuweisung und zur Definierung einer modernen Fortbildungspolitik sowie zur Verabschiedung von leistungs- und zielorientierten Managementmethoden liefern wird; vertritt die Ansicht, dass sich aus den Schlussfolgerungen der laufenden Bewertung der Arbeitsbelastung der verschiedenen Sektoren der Parlamentsverwaltung auch im Rahmen des Benchmarking einige Möglichkeiten zur Personalumschichtung ergeben sollten; vertritt die Auffassung, dass das Ausmaß der Spezialisierung und der Umfang der Arbeitsbelastung bei den jährlichen Personalbeurteilungsberichten und bei Beförderungen berücksichtigt werden sollten; ersucht das Präsidium, die Möglichkeit der Einführung von Koeffizienten für diese Kriterien zu prüfen; vertritt die Auffassung, dass die Beförderungspolitik einer weiteren Feinabstimmung und Verbesserung bedarf;

(81) Eveneens is duidelijk dat de toepasselijke socialezekerheidsvoorschriften de autoriteiten een zekere discretionaire ruimte bieden voor de behandeling van bepaalde gevallen, waarvan zij dan ook in dit geval gebruik hebben gemaakt.
(81) Offensichtlich ist auch, daß die einschlägigen Sozialversicherungsvorschriften den Behörden in der Behandlung von Einzelfällen einen Ermessensspielraum zugestehen, und genau das war hier der Fall.