10. benadrukt dat er behoefte is aan een gezamenlijk en gecoördineerd optreden van alle 28 lidstaten onder toezicht van de hoge vertegenwoordiger om te voorkomen dat de lidstaten via hun eigen diplomatieke dienst optreden, dat geen oplossing voor het probleem zou bieden;
10. betont, dass es eines gemeinsamen und koordinierten Tätigwerdens aller 28 Mitgliedstaaten unter der Aufsicht der Hohen Vertreterin bedarf, um die Mitgliedstaaten davon abzuhalten, über ihre eigenen diplomatischen Kanäle zu handeln, was keine Lösung des Problems darstellen würde;