Het Comité juicht toe dat de rol van de lokale en region
ale overheden in de Europese Unie in dit ontwerp erkenning heeft gekregen (erkenning van de culturele en taalverscheidenheid
, toevoeging van de territoriale samenhang aan de doelstellingen van de Europese Unie, eerbiediging van de regionale en lokale autonomie, toekenning van het recht om bij het Europese Hof van Justitie in beroep te gaan als zijn prerogatieven worden aangetast, deelname aan de procedure voor ex postcontroles op de toepassing van de beginsel
...[+++]en van subsidiariteit en evenredigheid), maar houdt vast aan zijn eis om de status van instelling te krijgen.
Außerdem begrüßt der AdR die verfassungsrechtliche Anerkennung der Rolle der lokalen und regionalen Gebietskörperschaften in der Union (Anerkennung der kulturellen und sprachlichen Vielfalt, Aufnahme des territorialen Zusammenhalts als Ziel der Union, Achtung der lokalen und regionalen Selbstverwaltung, Klagerecht vor dem Gerichtshof, das dem Ausschuss der Regionen zur Wahrung seiner Rechte gewährt wird, Einbindung des Ausschusses der Regionen in die nachträgliche Kontrolle der Anwendung des Subsidiaritätsprinzips und des Grundsatzes der Verhältnismäßigkeit); er erinnert aber daran, dass er den Organstatus erhalten möchte.