117. stelt vast dat de Commissie weigerachtig is om ten volle gebruik te maken van haar bevoegdheid om lidstaten overeenkomstig artikel 228 van het EG-Verdrag voor een inbreuk te beboeten; beschouwt boetes voor inbreuken als een aanvaardbaar instrument in het kader van de inbreukprocedure; verzoekt de Commissie een stelsel van boetes voor te stellen met zowel een forfaitair bedrag voor de inbreuk op de EU-regelgeving als een dwangsom om tot naleving aan te zetten;
117. stellt fest, dass die Kommission zögert, ihre in Artikel 228 des EG-Vertrags verankerte Befugnis, gegen die Mitgliedstaaten ein Zwangsgeld zu verhängen, vollständig zu nutzen; hält Zwangsgelder wegen Vertragsverletzungen für ein akzeptables Instrument des Vertragsverletzungsverfahrens; schlägt vor, dass die Kommission ein System für Zwangsgelder vorschlägt, das sowohl einen Pauschalbetrag für einen Verstoß gegen EU-Recht als auch ein tägliches Zwangsgeld als Anreiz zur Einhaltung der Rechtsvorschriften beinhaltet;