Alle verzoekende partijen die op grond van de wetten en b
esluiten waarvan de draagwijdte is toegelicht in B.1 tot B.7 bij de Raad van State of bij andere rechtscolleges beroepen hebben ingesteld die nog hangende zijn,
hebben belang om in rechte te treden tegen de artikelen 23 en 24 van de voormelde wet van 12 augustus 2000, die naar luid van artikel 24 uitwerking hebben « van 1 januari 1995 tot en met 31 december 1996 », de perio
de die het voorwerp uitmaakt van de vo ...[+++]ormelde geschillen.
Da sämtliche klagenden Parteien Klagen eingereicht haben, die noch vor dem Staatsrat oder vor anderen Rechtsprechungsorganen in der Schwebe sind und auf Gesetzen und Erlasse beruhen, deren Tragweite unter B.1 bis B.7 in Erinnerung gerufen wurde, haben sie ein Interesse an der Klageerhebung gegen die Artikel 23 und 24 des obengenannten Gesetzes vom 12. August 2000, die gemäss Artikel 24 « vom 1. Januar 1995 bis zum 31. Dezember 1996 » wirksam sind, das heisst in dem Zeitraum, der Gegenstand der obenerwähnten Streitsachen ist.