34. benadrukt dat de verantwoordelijken voor het territoriaal beleid bij de ruimtelijke ordening en de programmering van het beleid en zijn uitvoering rekening moeten houden met de toegankelijkheid en bereikbaarheid van woningen, openbare diensten en stedelijk vervoer voor gehandicapten en moeten zorgen voor speelpleinen en recreatievoorzieningen voor kinderen en jongeren;
34. weist mit Nachdruck darauf hin, dass es in der Phase, in der ermittelt wird, welche Raumordnungsmaßnahmen erforderlich sind und welche Initiativen geplant werden, sowie während der Realisierung wichtig ist, dass die zuständigen Verwaltungsbehörden die Zugänglichkeit für Personen mit Behinderung zu Wohnungen und öffentlichen Einrichtungen sowie zum städtischen Nahverkehr berücksichtigen und Flächen einplanen, auf denen sich Kinder und Jugendliche austoben und erholen können;