– onder verwijzing naar zijn resoluties van 13 april 2000 over de situatie in Irak , van 6 juli 2000 over Irak , van 7 september 2000 over de Turkse bombardementen op Noord-Irak en van 30 november 2000 over de vooruitgang die bij de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid is geboekt ,
– unter Hinweis auf seine Entschließungen vom 13. April 2000 zur Lage im Irak , vom 6. Juli 2000 zum Irak , vom 7. September 2000 zu den türkischen Bombardierungen im Nordirak und vom 30. November 2000 zu den bei der Durchführung der Gemeinsamen Außen- und Sicherheitspolitik erzielten Fortschritten ,