25. onderstreept dat de lidstaten hun economieën moeten voorbereiden op een koolstofarme, hulpbronnen- en energie-efficiënte toekomst, waarbij zij rekening moeten houden met het mogelijke risico op verplaatsing van banen en koolstoflekkage als gevolg van klimaatbeleid;
25. betont, dass es notwendig ist, dass die Mitgliedstaaten ihre Volkswirtschaften auf eine von niedrigem CO2-Ausstoß geprägte, ressourcen- und energieeffiziente Zukunft vorbereiten, wobei der möglichen Gefährdung durch Stellenumschichtungen und Verlagerungen von CO2-Emissionen aufgrund der Auswirkungen von Klimaschutzmaßnahmen Rechnung zu tragen ist;