In dit verband wordt er in het gemeenschappelijk standpunt op gewezen dat de EU en haar lidstaten de ontwikkelingen met betrekking tot een effectieve samenwerking met het Hof overeenkomstig het Statuut van nabij zullen volgen en, wanneer nodig, derde landen zullen attenderen op de conclusies van de Raad van 30 september 2002, alsmede op de leidende beginselen van de EU.
Zu diesem Thema wird in dem Gemeinsamen Standpunkt festgestellt, dass die EU und ihre Mitgliedstaaten die Entwicklungen in Bezug auf eine wirksame Zusammenarbeit mit dem Gerichtshof entsprechend dem Statut genau verfolgen und in diesem Zusammenhang gegebenenfalls Drittstaaten weiterhin auf die Schlussfolgerungen des Rates vom 30. September 2002 und auf die Leitlinien der EU verweisen werden.