25. wijst op de belangrijke rol van vaccins in het beperken van de verspreiding van antimicrobiële resistentie, aangezien er daardoor minder infecties bij mens en dier moeten worden behandeld en de behoefte aan antibiotica vermindert, maar is van mening dat dit, wat de veehouderij betreft, niet in de plaats mag komen van goed beheer van het boerenbedrijf en goede veeteeltsystemen; verzoekt de Commissie na te gaan welke verdere preventieve maatregelen er genomen kunnen worden om de verspreiding van infecties en ziekten in de veehouderij terug te dringen;
25. Notes the important role of vaccines in limiting the development of AMR by reducing the amounts of antimicrobial agents required to treat infections in both humans and animals, but believes that, with respect to the veterinary sector, this should not replace sound farm management and animal husbandry; calls on the Commission to examine what further preventive measures could be taken so as to reduce the spread of infections and diseases in livestock farming;