De rapporteur is hier geen voorstander van en geeft veeleer de voorkeur aan niet-financiële "voordelen in natura", zoals het in het Verenigd Koninkrijk bestaande programma ter aanmoediging van eiceldonaties om over meer gedoneerde geslachtscellen te kunnen beschikken, en die meer te beschouwen zijn als een ethische vergoeding voor de ongemakken die met donatie gepaard gaan.
Rejecting this approach, the Rapporteur would rather prefer to highlight non-financial ‘benefits in kind’, such as the current programme in the UK which encourages egg-sharing in order to help increase the number of donated gametes, and which provide a more ethical compensation to reflect the discomforts and inconvenience of donation.