Vertaling van "Hulp in het huishouden " (Nederlands → Engels) :

TERMINOLOGIE

hulp in het huishouden [ gezinshulp ]
home help

behoefte aan hulp thuis terwijl geen ander lid van huishouden in staat is zorg te verlenen
Need for assistance at home and no other household member able to render care

invloed die huishoudens op het milieu hebben | invloed van huishoudens op het milieu | milieueffecten van huishoudens
environmental impact of households

DG Europese Civiele Bescherming en Humanitaire Hulp (ECHO) | DG Humanitaire hulp | DG Humanitaire Hulp en Civiele Bescherming | directoraat-generaal Europese Civiele Bescherming en Humanitaire Hulp (ECHO) | directoraat-generaal Humanitaire hulp | directoraat-generaal Humanitaire Hulp en Civiele Bescherming
DG European Civil Protection and Humanitarian Aid Operations (ECHO) | DG Humanitarian Aid and Civil Protection | Directorate-General for European Civil Protection and Humanitarian Aid Operations (ECHO) | Directorate-General for Humanitarian Aid | Directorate-General for Humanitarian Aid and Civil Protection | EU humanitarian aid and civil protection department | humanitarian aid department of the European Commission | Humanitarian Aid DG | ECHO [Abbr.]

ECHO [ Bureau voor humanitaire hulp | Bureau voor humanitaire hulp van de Europese Gemeenschap | DG Humanitaire hulp en civiele bescherming | directoraat-generaal Humanitaire hulp en civiele bescherming ]
ECHO [ Directorate-General for Humanitarian Aid and Civil Protection | European Community Humanitarian Office | Humanitarian Aid and Civil Protection DG | Office for Humanitarian Aid ]

hulp aan getroffenen [ hulp aan slachtoffers van natuurrampen ]
aid to disaster victims [ aid to catastrophe victims ]

collectief huishouden | institutioneel huishouden
collective household | institutional household

verzorgd door mannelijk hoofd van huishouden
Cared for by male head of household

behoefte aan hulp door verminderde mobiliteit
Reduced mobility

behoefte aan hulp bij persoonlijke verzorging
Need for assistance with personal care

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

In 2015 verstrekte de EU voor 58 miljoen EUR aan humanitaire hulp aan Tsjaad, waarmee 75 000 huishoudens met cash en vouchers basislevensmiddelen konden kopen.
EU humanitarian aid for Chad totalled EUR 58 million in 2015, enabling 75 000 households to acquire basic food items through cash grants and vouchers.

2) "meest behoeftigen": natuurlijke personen - individuen, gezinnen, huishoudens of uit dergelijke personen samengestelde groepen - wier behoefte aan hulp is vastgesteld aan de hand van objectieve criteria die door de bevoegde nationale autoriteiten in overleg met de relevante partijen, onder vermijding van belangenconflicten, zijn vastgesteld of die door de partnerorganisaties zijn omschreven en door die bevoegde nationale autoriteiten zijn goedgekeurd en elementen kunnen bevatten waarmee de hulp kan worden afgestemd op de meest behoeftigen in bepaalde geografische gebieden.
'most deprived persons' means natural persons, whether individuals, families, households or groups composed of such persons, whose need for assistance has been established according to the objective criteria set by the national competent authorities in consultation with relevant stakeholders, while avoiding conflicts of interest, or defined by the partner organisations and which are approved by those national competent authorities and which may include elements that allow the targeting of the most deprived persons in certain geographical areas.

2) "meest behoeftigen": natuurlijke personen - individuen, gezinnen, huishoudens of uit dergelijke personen samengestelde groepen - wier behoefte aan hulp is vastgesteld aan de hand van objectieve criteria die door de bevoegde nationale autoriteiten in overleg met de relevante partijen, onder vermijding van belangenconflicten, zijn vastgesteld of die door de partnerorganisaties zijn omschreven en door die bevoegde nationale autoriteiten zijn goedgekeurd en elementen kunnen bevatten waarmee de hulp kan worden afgestemd op de meest behoeftigen in bepaalde geografische gebieden;
'most deprived persons' means natural persons, whether individuals, families, households or groups composed of such persons, whose need for assistance has been established according to the objective criteria set by the national competent authorities in consultation with relevant stakeholders, while avoiding conflicts of interest, or defined by the partner organisations and which are approved by those national competent authorities and which may include elements that allow the targeting of the most deprived persons in certain geographical areas;

98133100-5, 98133000-4, 98200000-5 en 98500000-8 [Particuliere huishoudens met personeel] en 98513000-2 tot en met 98514000-9 [Personeelsdiensten voor huishoudens, Uitzendkrachtdiensten voor huishoudens, Kantoorpersoneelsdiensten voor huishoudens, Tijdelijk personeel voor huishoudens, Thuishulpdiensten en Huishoudelijke diensten]
98133100-5, 98133000-4 and 98200000-5 and 98500000-8 [Private households with employed persons] and 98513000-2 to 98514000-9 [Manpower services for households, Agency staff services for households, Clerical staff services for households, Temporary staff for households, Home-help services and Domestic services],

Zo bedroeg het aantal op kabelnetwerken aangesloten EU-huishoudens in 2001 nog steeds 53 % en was ook het cijfer van de aangesloten huishoudens met een abonnement op audiovisuele diensten in vergelijking met het jaar daarvoor met ongeveer 61% van de aangesloten huishoudens ternauwernood gewijzigd (omstreeks 49 miljoen huishoudens, ofwel 24% meer dan in 1997).
The percentage of EU households connected to cable networks in 2001 remained at the level of 53% of all TV households, and the rate of connected households actually subscribing to audiovisual services was almost unchanged compared to the previous year at about 61% of connected households (about 49 million households, +24% vs. 1997).

2.79. Definitie: De subsector huishoudens met inkomen uit zelfstandige bedrijfsuitoefening omvat de huishoudens waarvoor het (gemengd) inkomen (B.3) dat de eigenaars van tot het huishouden behorende ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid uit hun activiteit als producent van marktgoederen en -diensten (al dan niet met betaalde werknemers) ontvangen, de voornaamste bron van inkomsten voor het huishouden in zijn geheel is, zelfs al is dat niet altijd meer dan de helft van het totale inkomen van het huishouden.
2.79. Definition: The subsector employers (including own-account workers) consists of the group of households for which the (mixed) incomes (B.3) accruing to the owners of household unincorporated enterprises from their activity as producers of market goods and services with or without paid employees are the largest source of income for the household as a whole, even if it does not always account for more than a half of total household income.

Alle personen die tot hetzelfde huishouden (91) behoren, zijn daar gevestigd waar het huishouden een economisch belangencentrum heeft: dit is waar het huishouden zijn woning(en) heeft die de leden van dat huishouden als hun hoofdverblijf beschouwen.
All individuals who belong to the same household (92) are resident where the household has a centre of economic interest: this is where the household maintains a dwelling, or succession of dwellings, which members of the household treat, and use, as their principal residence.

4.83. Definitie: Sociale uitkeringen zijn inkomensoverdrachten in geld of in natura, die via collectieve regelingen of, buiten dergelijke regelingen om, door overheidseenheden en IZW's ten behoeve van huishoudens aan huishoudens worden toegekend, teneinde de financiële lasten te verlichten die voor die huishoudens voortvloeien uit een aantal risico's en behoeften. Zij omvatten ook betalingen van de overheid aan producenten voor goederen en diensten die in het kader van sociale risico's en behoeften individueel aan huishoudens ten goede komen.
4.83. Definition: Social benefits are transfers to households, in cash or in kind, intended to relieve them from the financial burden of a number of risks or needs, made through collectively organized schemes, or outside such schemes by government units and NPISHs; they include payments from general government to producers which individually benefit households and which are made in the context of social risks or needs.