24. onderstreept dat in artikel 3, lid 4, VEU wordt verklaard dat "de Unie een economische en monetaire unie [inste
lt] die de euro als munt heeft", en dat Protocol 14 betreffende de Eurogroep vermeldt dat de hoge verdragsluitende partijen "zich ervan bewust [zijn] dat er bijzondere bepalingen voor een versterkte dialoog tussen de staten die de euro als munt hebben, moeten worden vastgesteld, in afwachting dat de euro de munt van alle lidstaten van de Unie wordt"; wijst erop dat, indien deze toestand, die naar verondersteld wordt een overgangssituatie is, blijft voortbestaan, er binnen het Europees Parlement een passend mechanisme voor v
...[+++]erantwoordingsplicht voor de huidige eurozone en de lidstaten die zich tot toetreding hiertoe verbonden hebben moet worden overwogen;
24. Stresses that Article 3(4) TEU states that ‘the Union shall establish an economic and monetary union whose currency is the euro’, and Protocol 14 on the Eurogroup refers to ‘the need to lay down special provisions for enhanced dialogue between the Member States whose currency is the euro, pending the euro becoming the currency of all Member States’; points out that, if this supposedly transitory situation is to last, an appropriate accountability mechanism for the current euro area and the Member States committed to joining must be considered within Parliament;