3. De lidstaten kunnen met name een van de in lid 2 genoemde instellingen of een andere op hun grondgebied gevestigde organisatie aanwijzen als „nationaal knooppunt”, belast met de coördinatie en/of het doorsturen van de informatie die op nationaal niveau moet worden verstrekt aan het Agentschap en aan de instellingen of organisaties die deel uitmaken van het netwerk, met inbegrip van de in lid 4 genoemde thematische centra.
3. Member States may in particular designate from among the institutions referred to in paragraph 2 or other organisations established in their territory a ‘national focal point’ for coordinating and/or transmitting the information to be supplied at national level to the Agency and to the institutions or bodies forming part of the Network, including the topic centres referred to in paragraph 4.