Art. VII. 1-18.- Indien de resultaten van de risicoanalyse aantonen dat de werkzaamheid niet het welbewuste voornemen impliceert te werken met een biologisch agens of een dergelijk agens te gebruiken, maar wel blootstelling van de werknemers aan een biologisch agens met zich kan brengen, zoals bij de werkzaamheden van de indicatieve lijst bedoeld bij het volgende lid, is de werkgever gehouden de maatregelen toe te passen van de artikelen VII. 1-10 tot VII. 1-14, VII. 1-17 en VII. 1-33 tot VII. 1-55, tenzij uit de risicobeoordeling blijkt dat dit niet noodzakelijk is.
Art. VII. 1-18.- i les résultats de l'analyse des risques montrent que l'activité n'implique pas une intention délibérée de travailler avec un agent biologique ou de l'utiliser, mais peut conduire à exposer les travailleurs à un agent biologique, comme au cours des activités dont une liste indicative figure à l'alinéa suivant, l'employeur est tenu d'appliquer les mesures prévues aux articles VII. 1-10 à VII. 1-14, VII. 1-17 et VII. 1-33 à VII. 1-55, sauf si les résultats de l'évaluation des risques en indiquent l'inutilité.