Bij drie arresten nrs. 105.689, 105.688 en 105.686 van 22 april 2002 in zake respectievelijk J.-M. Beirnaert, C. Neyrinck en anderen, en J. Devolder tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie van het Arbitragehof zijn ingekomen op 6 mei 2002, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld :
Par trois arrêts n 105.689, 105.688 et 105.686 du 22 avril 2002 en cause respectivement de J.-M. Beirnaert, C. Neyrinck et autres, et J. Devolder contre l'Etat belge, dont les expéditions sont parvenues au greffe de la Cour d'arbitrage le 6 mai 2002, le Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante :