4.4.2. Men laat het hoofd-botslichaam op zodanige wijze van de gespecificeerde hoogte vallen dat het onmiddellijk wordt losgelaten op een stevig ondersteunde vlakke horizontale stalen plaat, met een dikte van minstens 50 mm en een schone en droge oppervlakte van minstens 300 × 300 mm, met een afwerkingslaag van 0,2 tot 2,0 µm.
4.4.2. La tête factice est lâchée depuis la hauteur spécifiée, au moyen d’un dispositif garantissant une libération instantanée, sur une plaque d’acier plane horizontale rigidement maintenue, d’une épaisseur de 50 mm et d’une superficie de 300 x 300 mm; cette plaque présente une surface propre et sèche et un fini de surface compris entre 0,2 et 2 micromètres.