Art. 6. Aan de voorzitter, ondervoorzitters, effectieve leden, plaatsvervangende leden en leden befaamd wegens hun wetenschappelijke of technische waarde van de Commissie die geen lid zijn van het rijkspersoneel in de zin bepaald door het koninklijk van 2 oktober 1937 houdende statuut van het rijkspersoneel, wordt per zitting een presentiegeld toegekend waarvan het bedrag vastgesteld is als volgt:
Art. 6. Aux président, vice-présidents, membres, membres suppléants et membres réputées pour leur valeur scientifique ou technique, de la Commission qui n'ont pas qualité d'agent de l'Etat au sens de l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant statut des agents de l'Etat, est octroyé, par séance, un jeton de présence dont le montant est fixé comme suit :