De Vlaamse minister, bevoegd voor het energiebeleid, past na advies van de VREG de referentierendementen, vermeld in paragraaf 7 en 8, aan de stand van de techniek aan en legt extra referentierendementen vast als dat nodig is voor de berekening van de warmtekrachtbesparing.
Le Ministre flamand chargé de la politique de l'énergie, adapte après avis de la VREG les rendements de référence, visés au paragraphes 7 et 8, à l'état de la technique et fixe des rendements de référence supplémentaires si cela est nécessaire pour le calcul de l'économie par cogénération.