a) ten aanzien van het slachtoffer op het ogenblik van de beslissing tot toekenning van het pensioen of van het overlijden indien het slachtoffer vó
ór de erkenning van zijn rechten overleden is; het slachtoffer bezat nochtans die hoedanigheid op het ogenblik van het schadelijk feit of heeft een naturalisatieaanvraag ingediend vóór 10 mei 1940, of voldoet aan de volgende vereisten : geen volle tweeëntwintig jaar geweest zijn op 10 mei 1940, Belg geworden zijn vóór 1 januari
2003 en zijn gewone verblijfplaats in België hebben ...[+++] gehad op het moment van de oorlogshandelingen als gedefinieerd door artikel 2 van de wet van 15 maart 1954;
a) dans le chef de la victime, au moment de la décision d'octroi de la pension ou à celui du décès si elle est décédée avant reconnaissance de ses droits; la victime devait cependant posséder cette qualité au moment du fait dommageable ou doit avoir introduit une demande de naturalisation avant le 10 mai 1940, ou doit réunir les conditions suivantes : n'avoir pas accompli sa vingt-deuxième année au 10 mai 1940, être devenue Belge avant le 1 janvier 2003 et avoir eu sa résidence habituelle en Belgique au moment des faits de guerre, définis à l'article 2 de la loi du 15 mars 1954;