Kan artikel 48, lid 3 juncto artikel 2 van richtlijn 2004/18/EG aldus worden uitgelegd dat
een ondernemer die weliswaar over ervaring beschikt, maar minder dan hij tegen
over een opdrachtgever wil op
geven (bijvoorbeeld onvoldoende om een inschrijving in te dienen voor alle percelen van de opdracht), zich daarnaast kan beroepen op de draagkracht van a
ndere entiteiten om zijn positie in de proce ...[+++]dure te verbeteren?
Les dispositions combinées des articles 48, paragraphe 3, et 2 de la directive 2004/18/CE peuvent-elle être interprétées en ce sens qu’un opérateur économique disposant d’une expérience propre, mais dans une mesure moindre qu’il ne voudrait l’indiquer au pouvoir adjudicateur (par exemple, insuffisante pour déposer une offre sur l’ensemble des parties d’un marché), peut faire valoir également les capacités d’autres entités afin de renforcer sa situation dans la procédure?