Mevrouw Nagy merkt op dat het advies van de Raad van State (stuk Senaat, nr. 2-548/2) en de interpretatie van de richtlijn nr. 94/80/EG van de Europese Raad van 19 december 1994 tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het actieve en passieve kiesrecht bij gemeenteraadsverkiezingen ten behoeve van burgers van de Unie die verblijven in een lidstaat waarvan zij de nationaliteit niet bezitten, echter problemen veroorzaken wat betreft de gelijke behandeling van vreemdelingen die niet afkomstig zijn uit een lidstaat van de EU en onderdanen van EU-lidstaten.
Mme Nagy fait remarquer que l'avis du Conseil d'État (doc. Sénat, nº 2-548/2) et l'interprétation de la directive 94/80/CE du Conseil européen du 19 décembre 1994 fixant les modalités de l'exercice du droit de vote et d'éligibilité aux élections municipales pour les citoyens de l'Union résidant dans un État membre dont ils n'ont pas la nationalité, engendrent des difficultés en ce qui concerne l'équivalence de traitement des étrangers non-UE et des ressortissants des pays membres de l'Union européenne.