Het leek dus eveneens wenselijk in artikel 27, § 2, derde lid, van de wet van 5 augustus 1991 te verduidelijken dat de minister eveneens als partij kan deelnemen aan de procedure voor de Raad voor de Mededinging, zonder een belang te moeten rechtvaardigen.
Il a également paru opportun de préciser, à l'article 27, § 2, alinéa 3, de la loi du 5 août 1991, que le ministre peut également participer comme une partie à la procédure devant le Conseil de la concurrence, sans devoir justifier d'un intérêt.