K. vaststellend dat artikel 29 van de Richtlijn 2005/85 voorziet in het opstellen van een gemeenschappelijke minimumlijst van landen van herkomst die als veilig worden beschouwd, overwegende dat deze lijst nog altijd niet is opgesteld en dat de Raad geen rekening he
eft gehouden met de opvatting van het Parlement bij de goedkeuring van die richtlijn, en dat daarom een beroep tot nietigverklaring van Richtlijn 2005/85 bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen aanhangig is gemaakt, overwegende dat een dergelijke lijst die in het kader van de medebeslissingsprocedure dient te worden goedgekeurd ongetwijfeld een doorslaggevende
...[+++]factor zou zijn voor de invoering van een gemeenschappelijk asielstelsel en voor snelle besluiten over de status van asielaanvragers, overwegende dat de opneming van een land op die lijst niet automatisch betekent dat asielzoekers uit dat land in beginsel asiel zal worden geweigerd, maar dat, volgens de Conventie van Genève van 28 juli 1951 met betrekking tot de status van vluchtelingen, gewijzigd middels het protocol van New York van 31 januari 1967, er een aparte beoordeling plaatsvindt van iedere aanvraag,K. considérant que l'article 29 de la directive 2005/85 sur les procédures prévoit la constitution d'une liste commune minimale de pays tiers considérés comme sûrs, et qu'il est
regrettable, d'une part, que cette liste n'ait toujours pas été élaborée et, d'autre part, que le Conseil n'ait pas tenu compte de l'avis du Parlement lorsqu'il a adopté la directive, raison pour laquelle un recours en annulation a été introduit devant la Cour de justice; considérant que cette liste, qui devrait être adoptée en codécision, marquerait à l'évidence une étape cruciale de la mise en place d'un régime d'asile commun et de décision rapide en matière d
...[+++]e statut; considérant que l'inscription d'un pays sur cette liste ne signifierait pas automatiquement que les demandeurs d'asile provenant de ce pays se verraient refuser l'asile mais plutôt que, conformément à la convention de Genève du 28 juillet 1951 relative au statut des réfugiés, telle que modifiée par le protocole de New York du 31 janvier 1967, chaque demande ferait l'objet d'une évaluation particulière,