Het gemeenschappelijk belang van de lidstaten bij het bestrijden van grensoverschrijdende criminaliteit vergt dat een passend evenwicht wordt gevonden tussen snelle en doelmatige samenwerking inzake rechtshandhaving en de algemeen aanvaarde beginselen en regels op het vlak van gegevensbescherming, fundamentele vrijheden, mensenrechten en individuele vrijheden.
L'intérêt commun qui unit les États membres dans la lutte contre la criminalité à caractère transfrontière doit établir le juste équilibre entre une coopération rapide et efficace en matière de répression et les principes et règles reconnus concernant la protection des données, les libertés fondamentales, les droits de l'homme et les libertés individuelles.