3. « Schendt artikel 323, § 2, van voornoemd decreet van 13 juli 1994 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het voor personeelsleden belast met artistiekgebonden onderwijsactiviteiten
bepaalt dat zij hun vroegere salarisschaal behouden, terwijl voor de overige personeelsleden het behoud van het vroegere salaris wordt gegarandeerd en voor de lesgevers door artikel 326bis, § 3, van het decreet eveneens wordt bepaald dat zij het behoud van hun bezoldiging per 30 juni 1995 gewaarborgd krijgen, en terwijl artikel 323, § 2, voormeld, deel uitmaakt van de overgangsbepalingen die op grond van het
vertrouwensbeginsel ...[+++]zouden moeten voorzien in het behoud van de verkregen rechten van alle personeelsleden zonder onderscheid ?3. « L'article 323, § 2, du décret précité du 13 juillet 1994 viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'il dispose que les membres du personnel chargés d'activités d'enseignement artistique, conservent leur ancienne échelle de traitement, alors que pour les autres membr
es du personnel, le maintien de l'ancienne rémunération est garanti et que pour les enseignants, l'article 326bis, § 3, du décret dispose également qu'ils obtiennent la garantie du maintien de leur rémunération au 30 juin 1995 et alors que l'article 323, § 2, précité fait partie des dispositions transitoires qui, en vertu du principe de confiance, devra
...[+++]ient prévoir le maintien des droits acquis de tous les membres du personnel sans distinction ?