The resistance of the electrical conductor for audible warning devices receiving direct current, including the resistance of the terminals and contacts, shall lie as close as possible to 0,05 Ω for a nominal voltage of 6 V, 0,10 Ω for a nominal voltage of 12 V and 0,20 Ω for a nominal voltage of 24 V.
Bij geluidssignaalinrichtingen die met gelijkstroom worden gevoed, moet de weerstand van de elektrische geleider, met inbegrip van de weerstand van de klemmen en de contacten, zoveel mogelijk de volgende waarden benaderen: 0,05 Ω bij een nominale spanning van 6 V; 0,10 Ω bij een nominale spanning van 12 V; 0,20 Ω bij een nominale spanning van 24 V.