Le Gouvernement flamand fait valoir que la demande de suspension doit être déclarée irrecevable dans la mesure où les parties requérantes distinguent trois moyens de suspension et cinq moyens d'annulation et renvoient, en ce qui concerne les moyens de suspension, pour une large part à l'exposé développé pour les moyens d'annulation.
De Vlaamse Regering voert aan dat de vordering tot schorsing onontvankelijk dient te worden verklaard in zoverre de verzoekende partijen een onderscheid maken tussen drie middelen tot schorsing en vijf middelen tot vernietiging, en bij de middelen tot schorsing grotendeels verwijzen naar hun uiteenzetting bij de middelen tot vernietiging.