L'honorable ministre considère-t-il dès lors que les prestations d'artistes chanteurs ambulants, jongleurs, etc. ou d'orateurs en de tels lieux peuvent tout au plus être réglementées, c'est-à-dire soumises à des règles visant à concilier leur exercice avec d'autres droits fondamentaux, mais qu'elles ne peuvent être interdites et qu'il est constitutionnellement tout aussi indéfendable de les soumettre à une autorisation obligatoire ?
Is de geachte minister het dan eens met de opvatting dat optredens van artiesten straatzangers, jongleurs, enz. of van redenaars op dergelijke plaatsen hooguit gereglementeerd kunnen worden, dat wil zeggen dat er wel regels kunnen worden opgelegd, die de uitoefening ervan in overeenstemming moeten brengen met andere grondrechten, maar dat zij er niet verboden kunnen worden, en dat een vergunningsplicht evenmin grondwettig verdedigbaar is ?