Pour être constitutionnel, l'article 14, § 1, 4°, de la loi du 3 juillet 1967 doit donc permettre au mandataire, préposé ou organe de l'Etat, de la commune ou de la zone pluricommunale, victime d'un accident de roulage causé involontairement par un fonctionnaire de police, d'obtenir la réparation intégrale de son préjudice, même s'il se trouvait, au moment de l'accident, sous l'autorité de l'Etat, de la commune ou de la zone pluricommunale.
Om grondwettig te zijn, moet artikel 14, § 1, 4°, van de wet van 3 juli 1967 het de lasthebber, aangestelde of orgaan van de Staat, de gemeente of de meergemeentezone die het slachtoffer is van een verkeersongeval dat onopzettelijk wordt veroorzaakt door een politieambtenaar, dus mogelijk maken een integraal herstel van zijn nadeel te verkrijgen, ook al bevond hij zich, op het ogenblik van het ongeval, onder het gezag van de Staat, de gemeente of de meergemeentezone.