Traduction de «ouvriers est fixée » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

ouvrier à la tâche | ouvrier à marché | ouvrier au rendement | ouvrier aux pièces | ouvrier payé à la tâche | ouvrier rémunéré à la tâche | ouvrier travaillant à forfait | tâcheron
accoord-arbeider | accoordwerker ( belgie )

clavette coulissante | clavette parallèle fixée | clavette parallèle fixée par vis
stelspie

implantation des secteurs d'un disque fixée par programme | sectorisation fixée par programme
geprogrammeerde sectorindeling | soft sectoring

ouvrier
arbeider [ fabrieksarbeider ]

ouvrière de plancher | ouvrière de plancher de forage | ouvrier de plancher | ouvrier de plancher/ouvrière de plancher
boorvloerwerker | roughneck

ouvrier de chantier | ouvrier du bâtiment | ouvrier de chantier/ouvrière de chantier | ouvrier du bâtiment/ouvrière du bâtiment
bouwvakhulp | handlanger bouwplaats | hulparbeider bouw | opperman bouw

ouvrier mégissier/ouvrière mégissière | ouvrière tanneuse | opératrice en tannerie-mégisserie | ouvrier tanneur/ouvrière tanneuse
leerbereider | operator leerlooierij | leerlooier | looier

noyade accidentelle ou immersion en pêchant depuis la rive, la berge ou une structure fixée
onopzettelijke verdrinking of onderdompeling tijdens visvangst vanop kust, oever of vaste structuur

classe ouvrière [ prolétariat ]
arbeidersklasse [ arbeidende klasse | proletariaat ]

mouvement ouvrier
arbeidersbeweging

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Art. 14. Les rémunérations mensuelles minimums des ouvriers sont fixées au 1 juillet 2015, en regard de l'indice 98,72, pivot de la tranche de stabilisation 96,78 - 98,72 - 100,69 (base 2013) comme défini dans l'annexe 2 de cette convention collective de travail.
Art. 14. De maandelijkse minimumlonen van de arbeiders worden vastgesteld op 1 juli 2015, ten overstaan van index 98,72, spil van de stabilisatieschijf 96,78 - 98,72 - 100,69 (basis 2013), zoals bepaald in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 4. A partir du 1 avril 2016, la cotisation au fonds de sécurité d'existence dénommé "Fonds pour la formation des ouvriers de la Commission paritaire auxiliaire pour ouvriers" est fixée à 0,10 pct., conformément à l'arrêté royal pris en exécution de la loi du 27 décembre 2006 portant des dispositions diverses (I), articles 188 à 195.
Art. 4. Vanaf 1 april 2016 is de bijdrage aan het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Fonds voor de vorming van de arbeiders in het Aanvullend Paritair Comité voor de werklieden" vastgesteld op 0,10 pct., overeenkomstig het koninklijk besluit genomen in uitvoering van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), artikelen 188 tot 195.

Art. 2. § 1. La classification des professions des ouvriers est fixée comme suit et est seulement valable pour des fonctions exercées en permanence :
Art. 2. § 1. De beroepenclassificatie van de werklieden wordt als volgt bepaald en is slechts geldig voor functies welke bestendig worden uitgevoerd :

Art. 4. A partir du 1 janvier 2016, la cotisation au fonds de sécurité d'existence dénommé "Fonds pour la formation des ouvriers de la Commission paritaire auxiliaire pour ouvriers" est fixée à 0,10 p.c., conformément à l'arrêté royal pris en exécution de la loi du 27 décembre 2006 portant des dispositions diverses (I), articles 188 à 195.
Art. 4. Vanaf 1 januari 2016 is de bijdrage aan het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Fonds voor de vorming van de arbeiders in het Aanvullend Paritair Comité voor de werklieden" vastgesteld op 0,10 pct., overeenkomstig het koninklijk besluit genomen in uitvoering van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), artikelen 188 tot 195.

Art. 14. Les rémunérations mensuelles minimums des ouvriers sont fixées au 1 juillet 2015, en regard de l'indice 98,72, pivot de la tranche de stabilisation 96,78 - 98,72 - 100,69 (base 2013) comme défini dans l'annexe 2 de cette convention collective de travail.
Art. 14. De maandelijkse minimumlonen van de arbeiders worden vastgesteld op 1 juli 2015, ten overstaan van index 98,72, spil van de stabilisatieschijf 96,78 - 98,72 - 100,69 (basis 2013) zoals bepaald in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

VI. - Financement IFP Art. 9. La cotisation de l'employeur par ouvrier est fixée à 0,30 p.c. des salaires.
VI. - Financiering IPV Art. 9. De bijdrage van de werkgever is per arbeider vastgesteld op 0,30 pct. van de lonen.

1) Barème général (barème "B") Art. 12. Les rémunérations mensuelles minimums des ouvriers sont fixées au 1er juillet 2015, en regard de l'indice 99,90, pivot de la tranche de stabilisation 97,94 - 99,90 - 101,89 (base 2013) comme défini dans l'annexe 1ère de cette convention collective de travail.
1) Algemeen barema (barema "B") Art. 12. De maandelijkse minimumlonen van de arbeiders worden vastgesteld op 1 juli 2015, ten overstaan van index 99,90, spil van de stabilisatieschijf 97,94 - 99,90 - 101,89 (basis 2013) zoals bepaald in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

V. - Financement IFP Art. 8. La cotisation de l'employeur par ouvrier est fixée à 0,20 pct. des salaires.
V. - Financiering IPV Art. 8. De bijdrage van de werkgever is per arbeider vastgesteld op 0,20 pct. van de lonen.

Les ouvriers et ouvrières visés à l'article 5, § 1 et à l'article 5bis, § 6, occupant un emploi à temps plein, pour autant que leur premier jour indemnisé par l'assurance maladie-invalidité tombe le 1 avril 1999 ou plus tard et après la période couverte par le salaire garanti, ont droit à l'indemnité fixée à l'article 20bis, § 2, pour autant qu'ils remplissent les conditions fixées au § 1.
De in artikel 5, § 1 en in artikel 5bis, § 6 bedoelde werklieden en werksters, tewerkgesteld in een deeltijdse dienstbetrekking, hebben, voor zover hun eerste door de ziekte- en invaliditeitsverzekering vergoede dag valt op 1 april 1999 of later en na de periode gedekt door het gewaarborgd loon, recht op de vergoeding vastgesteld in artikel 20bis, § 2, voor zover ze voldoen aan de voorwaarden vastgesteld in § 1.

Art. 6. Le régime sectoriel de complément d'entreprise en cas de chômage en faveur de certains ouvriers et ouvrières âgé(e)s avec prestations nocturnes en cas de licenciement, prévu dans la convention collective de travail du 4 mars 2014 instaurant un régime d'allocation complémentaire en faveur de certains ouvriers et ouvrières âgé(e)s, avec prestations nocturnes en cas de licenciement (numéro d'enregistrement 121189/CO/109), sera poursuivi durant les années 2015 et 2016, conformément aux conditions fixées dans la convention collective de travail spécifique concernant un régime d'allocation complémentaire en faveur de certains ouvriers et ouvrières âgé(e)s avec prestations nocturnes en cas de licenciement.
Art. 6. Het sectorale stelsel van bedrijfstoeslag bij werkloosheid ten gunste van sommige bejaarde arbeid(st)ers met nachtprestaties indien zij worden ontslagen, zoals dat was voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 maart 2014 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde arbeid(st)ers met nachtprestaties indien zij worden ontslagen (registratienummer 121189/CO/109) wordt verder gezet in de jaren 2015 en 2016, volgens de voorwaarden bepaald in de specifieke collectieve arbeidsovereenkomst betreffende een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde arbeid(st)ers met nachtprestaties indien zij worden ontslagen.