« En l'absence d'une décision de l'instance de recours interne dans le délai tel que fixé à l'article II. 14, deuxième alinéa, il est impératif que, le cas échéant, le recours soit formé auprès du Conseil dans une échéance de cinq jours calendaires après l'expiration de ce délai, sauf si l'instance de recours interne informe, avant l'expiration du délai dont elle dispose, l'étudiant à quelle date ultérieure elle se prononcera.
« Bij het uitblijven van een tijdige beslissing van de interne beroepsinstantie binnen de termijn zoals bepaald in artikel II. 14, tweede lid, dient in voorkomend geval het beroep bij de Raad binnen de vervaltermijn van vijf kalenderdagen na het verstrijken van deze termijn te worden ingesteld, tenzij vóór het verstrijken van de termijn waarover de interne beroepsinstantie beschikt, deze aan de student meedeelt op welke latere datum zij uitspraak zal doen.