Traduction de «sénat annales parlementaires » (Français → Néerlandais) :

(15) Sénat, Annales parlementaires, session de 1972-1973/I, p. 326.
(15) Senaat, Parlementaire handelingen, zitting 1972-1973/I, blz. 326.

Je pense que c'est le souhait de la Commission des Affaires étrangères et, également, je présume, d'une très large majorité du Sénat» (Annales parlementaires.)
Ik denk dat dit de wens is van de Commissie voor de Buitenlandse Aangelegenheden en eveneens, zo veronderstel ik, van een zeer ruime meerderheid van de Senaat» (vertaling van de Parlementaire Handelingen ).

», tandis qu'un autre membre dit son inquiétude au sujet de la catastrophe humanitaire qu'il pressent à la suite de la décision du Conseil de sécurité des Nations unies de réduire le contingent de la Minuar (interventions de MM. Van Wambeke et Bougard ­ Sénat ­ Annales parlementaires ­ 1993-1994 ­ pp. 1915 à 1931).
, terwijl een ander lid zijn bezorgdheid uit over de humanitaire catastrofe die hij aan de horizon ziet opduiken tengevolge van de beslissing van de VN-Veiligheidsraad om het contingent van UNAMIR te verminderen (tussenkomsten van de heren Van Wambeke en Bougard ­ Senaat ­ Parlementaire Handelingen ­ 1993-1994 ­ pag. 1915 tot en met 1931).

Dans le texte français de la note annexée à la susdite loi, et référant aux documents parlementaires, il y a lieu de supprimer, dans le « Sénat, » les mots « Annales parlementaires .
In de Franse tekst van de nota's gehecht aan hoger vermelde wet, en verwijzend naar de parlementaire bescheiden, dienen in de « Sénat » de woorden « Annales parlementaires .

Dans la note, aux références parlementaires, il faut ajouter : « Annales du Sénat : 28 février 2002 ».
In de nota, bij de parlementaire referenties, moet worden toegevoegd : « Handelingen van de Senaat : 28 februari 2002 ».

En ce qui concerne la position belge en matière d'utilisation de promoteurs de croissance, je vous invite à vous référer à ma réponse aux questions orales de M. Hostekint et de M. Boutmans au Sénat (Annales parlementaires - Sénat - Réunion du 30 novembre 1995), à ma réponse aux interpellations communes de Mme Burgeon et de M. Brouns en réunion de la commission (Annales, Chambre, 12 décembre 1995) ainsi qu'à ma réponse à la question no 30 de Mme Colette Burgeon du 22 novembre 1995 et à la question no 33 de M. Frans Lozie du 24 novembre 1995 (Questions et Réponses, Chambre, 1995-1996, no 17 du 15 janvier 1996, pp. 1813-1816).
Wat betreft het Belgische standpunt over het gebruik van groeibevorderaars wens ik te verwijzen naar mijn antwoord op de mondelinge vragen van de heer Hostekint en de heer Boutmans in de Senaat Parlementaire Handelingen - Senaat - Vergadering van 30 november 1995), naar mijn antwoord op de samengevoegde interpellaties van mevrouw Burgeon en de heer Brouns in de commissievergadering (Handelingen, Kamer, 12 december 1995) evenals naar mijn antwoord op vraag nr. 30 van mevrouw Colette Burgeon van 22 november 1995 en vraag nr. 33 van de heer Frans Lozie van 24 november 1995 (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1995-1996, nr. 17 van 15 januari 1996, blz. 1813-1816).

La méthode de calcul visée par l'honorable membre est basée sur les explications du ministre des Finances pendant les travaux préparatoires de la loi du 20 novembre 1962 portant réforme des impôts sur les revenus (voir notamment Sénat, Annales parlementaires, 1961-1962, no 78, séance du 16 octobre 1962, pp. 1852-1921).
De door het geacht lid beoogde berekeningsmethode is gesteund op de verklaringen van de minister van Financiën tijdens de voorbereidende werkzaamheden van de wet van 20 november 1962 houdende hervorming van de inkomstenbelastingen (zie inzonderheid Senaat, Parlementaire Handelingen, 1961-1962, nr. 78, vergadering van 16 oktober 1962, blz. 1852-1921).

Il a ainsi expressément voulu, d'une part, éviter le saupoudrage, de manière qu'il n'y ait pas trop d'institutions à pouvoir se prévaloir de l'immunité fiscale et, d'autre part, s'en tenir uniquement aux institutions d'intérêt tout à fait général (voir notamment rapport de la commission des Finances du Sénat, Doc. parl. 294, session 1970-1971, page 18 et Annales parlementaires, Sénat, séance du 24 mars 1971, page 1179, colonne 2).
Hiermee is uitdrukkelijk beoogd, eensdeels versnippering te vermijden opdat niet te veel instellingen zich op belastingvrijstelling zouden kunnen beroepen en, anderdeels, alleen instellingen van strikt algemeen belang in aanmerking te nemen (zie inzonderheid verslag van de commissie voor de Financiën van de Senaat, Gedr. Stuk 294, zitting 1970-1971, blz. 18 en Parlementaire handelingen, Senaat, vergadering van 24 maart 1971, blz. 1179, kolom 2).