13. wijst erop dat het vrij verkeer van burgers een EU-aangelegenheid is en dat de kwestie bijgevolg gezien het beginsel van loyale samenwerking in de EU-structuren te bespreken is, en niet in besloten bijeenkomsten waar alleen de regeringen van bepaalde lidstaten voor uitgenodigd worden; spreekt zijn diepe verontrusting over de bedoeling van dergelijke besloten bijeenkomsten uit, die de draagwijdte van het Europees burgerschap en de verwezenlijking van het vrij verkeer van de burger in gevaar brengen;
13. betont, dass die Freizügigkeit für EU-Bürger eine Angelegenheit der EU ist und dass dementsprechend gemäß dem Grundsatz der loyalen Zusammenarbeit derartige Themen im Rahmen von EU-Institutionen zu besprechen sind und nicht in Sitzungen mit begrenztem Teilnehmerkreis, zu denen nur die Regierungen einiger Mitgliedstaaten geladen werden; erklärt sich tief besorgt über den Zweck derartiger Sitzungen mit begrenztem Teilnehmerkreis, die darauf abzielen, den Umfang der Unionsbürgerschaft und die Umsetzung der Freizügigkeit für die Bürger einzuschränken;