„Er zij aan herinnerd dat volgens vaste rechtspraak juridisch zelfstandige natuurlijke of rechtspersonen voor de toepassing van de communautaire mededingingsregels als één onderneming moeten worden behandeld wanneer zij een economische eenheid vormen (zie arrest Hof van 12 juli 1984, Hydrotherm, 170/83, Jurispr. blz. 2999, punt 11, en, naar analogie, arrest Gerecht van 29 juni 2000, DSG/Commissie, T-234/95, Jurispr. blz. II-2603, punt 124).
‘It should be noted that, according to settled case-law, where legally distinct natural or legal persons constitute an economic unit, they should be treated as a single undertaking for the purposes of Community competition law (see, to that effect, Case 170/83 Hydrotherm [1984] ECR 2999, paragraph 11, and, by analogy, Case T-234/95 DSG v Commission [2000] ECR II-2603, paragraph 124).