De commissaris zei dat de volgende kwesties dienen te worden onderzocht bij de verdere ontwikkeling van het Handvest: - of
het Handvest al dan niet beperkt moet bli
jven tot de sociale rechten in de enge zin van het
woord en of het ook betrekking moet hebben op economische en culturele of zelfs burger- of politieke rechten; - of het Handvest betrekking moet hebben op begrippen als het recht op lichamelijke en geestelijke gezondheid van voldoende gehalte, op onderwijs, op b
...[+++]escherming van het gezin, op een minimuminkomen, op deelneming aan het culturele leven en op huisvesting; - de vrijheid van vereniging en het recht op vrije onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden, een fundamenteel principe uit ons gemeenschappelijk Europees erfdeel; - het verbod op discriminatie tussen burgers van de Europese Unie en de legaal aanwezige burgers uit andere landen dan die van de Europese Unie in kwesties die met arbeid samenhangen, het recht van staatsburgers van derde landen niet willekeurig uit de Unie te worden uitgewezen en het recht op gezinshereniging, zijn eveneens fundamentele kwesties; - het recht op non-discriminatie wegens ras, kleur, geslacht, godsdienst, leeftijd en handicap, moet worden vastgelegd in de grondwet van de Europese Unie en wel zodanig dat individuele burgers op grond ervan een klacht kunnen indienen.The Commissioner said that the following questions should be examined in the further development of the Charter : - whether or not the Charter should b
e limited to social rights in the strict sense of the term, or whether it should also cover economic and
cultural rights or even civil and political rights; - whether it should enshrine such concepts as the right to an adequate level of physical and mental health, the right to education, to family protection, to minimum income, the right to participate in cultural life and the right to
...[+++] housing, - the right of free association and the right of free collective bargaining, a fundamental principle of our common European heritage; - the prohibition of discrimination between EU citizens and the legally resident non-EU citizens in work related issues, as well as the rights of third country nationals not to be arbitrarily excluded from the Union and the right to family union, are also fundamental questions; - the right to non-discrimination on the grounds of race, colour, sex, religion, age and disability must be enshrined in the Constitution of the European Union in a way that is legally actionable by individual citizens.