Uit punt 1 van de eerste groep van toelatingsvoorwaarden in de kennisgeving van vacature blijkt immers dat, overeenkomstig artikel 98 van het Statuut,
de kandidaten ofwel ambtenaar moesten zijn van het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie, ofwel ambtenaar van de Commissie of de EDEO, ofwel tijdelijk personeelslid waarop artikel 2, onder e), RAP van toepassing is, te weten lid van het personeel dat
vanuit de nationale diplomatieke dienst van een van de lidstaten wordt aangesteld om tijdelijk een vast ambt bij de EDEO
...[+++]te vervullen, ofwel een lid van het personeel van de nationale diplomatieke dienst van een van de lidstaten.
It is clear from paragraph 1 of the first group of eligibility criteria contained in the vacancy notice that, according to Article 98 of the Staff Regulations, candidates must be officials of the General Secretariat of the Council of the European Union, of the Commission or of the EEAS, or temporary staff to whom Article 2(e) of the CEOS applies, that is to say, staff seconded from the national diplomatic services of the Member States engaged in order to occupy temporarily a permanent post within the EEAS, or staff from the national diplomatic services of the Member States.