Deze bepalingen handelen respectievelijk over de terbeschikkingstelling van de promotor van de gronden die eigendom zijn van de aanbestedende overheid en als zate dienen voor het bouwwerk, de mogelijkheid voor de aanbestedende overheid om afstand te doen van het recht van natrekking en het verbod voor de promotor om de rechten en plichten betreffende het zakelijk recht over te dragen zonder voorafgaande instemming van de aanbestedende overheid.
Celles-ci traitent respectivement de la mise à disposition du promoteur des terrains appartenant au pouvoir adjudicateur et servant d'assiette à l'ouvrage, de la renonciation possible au droit d'accession par le pouvoir adjudicateur et de l'interdiction pour le promoteur de céder les droits et obligations afférents au droit réel sans l'accord préalable du pouvoir adjudicateur.