Krachtens het bestreden derde lid van artikel 7, § 2, van de voormelde wet van 12 januari 2007, zoals vervangen bij artikel 162 van de voormelde wet van 30 december 2009, moeten de aanvragen tot verlenging van de materiële hulp, op straffe van onontvankelijkheid, worden ingediend alvorens de in artikel 6, § 1, derde lid, van de wet van 12 januari 2007 beoogde termijn verstrijkt.
En vertu de l'alinéa 3, attaqué, de l'article 7, § 2, de la loi précitée du 12 janvier 2007, tel qu'il a été remplacé par l'article 162 de la loi précitée du 30 décembre 2009, les demandes de prolongation de l'aide matérielle doivent, sous peine d'irrecevabilité, être introduites avant l'expiration du délai visé à l'article 6, § 1, alinéa 3, de la loi du 12 janvier 2007.