Art. 4. In afwijking van artikel 18, eerste lid, 1° en 3°, van het statuut, moeten de ambtenaren die geslaagd zijn voor de examens voor verhoging in de graad van hoofdoperateur-mechanograaf eerste klas of in de graad van hoofdoperateur-mechanograaf tweede klas, die vóór 1995 hebben plaatsgevonden, drie jaar anciënniteit in de graad D3 tellen voor de bevordering, door verhoging in graad, tot de graad van rang D2.
Art. 4. Par dérogation à l'article 18, alinéa 1, 1° et 3°, du statut, les fonctionnaires lauréats des examens d'avancement au grade de chef opérateur mécanographe de 1re classe ou au grade de chef opérateur mécanographe de 2e classe d'une session antérieure à 1995 doivent compter une ancienneté de trois ans dans le grade D3 pour la promotion, par avancement de grade, au grade de rang D2.