Art. 5. Behalve de onverenigbaarheden bedoeld in artikel 166, § 4, van de Code, is de functie van commissaris onverenigbaar met die van lid van een federale, gewest- of gemeenschapsregering, van een ministerieel kabinet, een strategisch orgaan of een politieke fractie bij een parlement, alsook met de functie van externe adviseur of van regelmatige adviseur van de maatschappij.
Art. 5. Outre les incompatibilités visées par l'article 166, § 4, du Code, la fonction de commissaire est incompatible avec celle de membre d'un Gouvernement fédéral, régional ou communautaire, de membre d'un Cabinet ministériel, d'un organe stratégique ou d'un groupe politique auprès d'un parlement ainsi qu'avec la fonction de conseiller externe ou de consultant régulier de la société.