7. In afwijking van lid 6 mogen dienstwapens, munitie en uitrusting worden gebruikt in geval van wettige zelfverdediging en wettige verdediging van uitgezonden functionarissen of andere personen, met inachtneming van de nationale wetgeving van de ontvangende lidstaat.
7. Par dérogation au paragraphe 6, les armes de service ainsi que les munitions et équipements peuvent être utilisés à des fins d’autodéfense et de légitime défense des agents invités ou d’autres personnes, conformément à la législation nationale de l’État membre hôte.