De Raad van State wijst erop dat tijdens de parlementaire voorbereiding van het ontwerp dat de wijzigende wet van 15 september 2006 geworden is, de bevoegde minister zich uitdrukkelijk heeft aangesloten bij de interpretatie in de rechtspraak van de Raad van State van het begrip « buitengewone omstandigheden » en brengt in herinnering dat de mogelijkheid om in België een verblijfsmachtiging aan te vragen als uitzonderingsbepaling restrictief moet geïnterpreteerd worden.
Le Conseil d'État souligne que, lors des travaux parlementaires dont est issue la loi modificative du 15 septembre 2006, le ministre compétent s'est rallié explicitement à l'interprétation de la notion de « circonstances exceptionnelles » dans la jurisprudence du Conseil d'État, et rappelle que la possibilité de demander une autorisation de séjour en Belgique doit être interprétée de manière restrictive en tant que disposition dérogatoire.