Hoewel het ministerieel besluit van 29 juli 1991 uitdrukkelijk in zijn artikel 4 het persoonl
ijk karakter van de kaart poneert, wat inhoudt dat zij enkel gebruikt mag worden wanneer de
titularis vervoerd wordt in het voertuig dat geparkeerd wordt of wanneer hij dat voertuig zelf bestuurt, klagen nogal wat titularissen van deze parkeerkaart over het feit dat het aantal aan gehandicapten voorbehouden parkeerplaatsen vaak wordt ingenomen door bestuurders die gebruik maken van een kaart van een afwezige of overleden t
...[+++]itularis of een aan gehandicapten voorbehouden parkeerplaats innemen zonder zelfs over deze parkeerkaart te beschikken.
Bien que l'arrêté ministériel du 29 juillet 1991 prévoie expressément, en son article 4, que ladite carte revêt un caractère personnel, ce qui implique qu'elle ne peut être utilisée que lorsque le titulaire est transporté dans le véhicule qui est parqué ou lorsqu'il conduit lui-même ce véhicule, nombre de titulaires se plaignent de ce que les emplacements réservés aux handicapés sont souvent occupés par des conducteurs qui utilisent la carte d'un titulaire absent ou décédé, ou occupent un emplacement réservé aux handicapés sans être autorisés à en disposer.