Art. 20. Vanaf 1996 wordt jaarlijks 0,10 pct. van de loonmassa aangewend voor op brugpensioenstelling vanaf 58 jaar met vervanging, overeenkomstig de modaliteiten van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 1985, betreffende het brugpensioen in de witzandexploitaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 3 april 1986.
Art. 20. Depuis 1996, 0,10 p.c. de la masse salariale est utilisé annuellement pour la mise à la prépension à partir de 58 ans avec remplacement, conformément aux modalités de la convention collective de travail du 21 novembre 1985, concernant la prépension dans les exploitations de sable blanc, rendue obligatoire par arrêté royal du 3 avril 1986.