Indien de in het vorig lid bedoelde vreemdeling een niet-begeleide minderjarige is, zoals gedefinieerd in artikel 61/2, § 2, tweede lid, van de wet, geeft de minister of zijn gemachtigde aan het gemeentebestuur de instructie om een verblijfsdocument met een geldigheidsduur van maximaal drie maanden, overeenkomstig het model in bijlage 4, te overhandigen.
Lorsque l'étranger visé à l'alinéa précédent, est un mineur non accompagné tel que défini à l'article 61/2, § 2, alinéa 2, de la loi, le ministre ou son délégué, donne instruction à l'administration communale de remettre un document de séjour pour une durée de validité de trois mois au maximum, conforme au modèle figurant à l'annexe 4.